Verordening Starterslening gemeente Vlissingen 2019
Verordening Starterslening gemeente Vlissingen 2019
Deze verordening verstaat onder:
- a.
-
b.
Aanvrager: de persoon, die alleen of samen met zijn of haar partner voor de eerste maal een eigen woning koopt of verkrijgt en op grond van deze verordening tot de doelgroep van de Starterslening behoort. Bij twee aanvragers ten aanzien van eenzelfde woning gelden deze gezamenlijk als aanvrager en dienen zij beide te voldoen aan de hiervoor gestelde eis niet eerder een woning te hebben gekocht of verkregen;
- c.
- d.
-
e.
Combinatielening: een extra lening, die naast een hypothecaire lening wordt afgesloten, waaruit tot een maximum van 50% van de waarde van de gefinancierde woning de aflossing op de hypothecaire lening mag worden betaald. Deze Combinatielening wordt onlosmakelijk met de Starterslening aangeboden en blijft in dit geval beperkt tot maximaal het bedrag van de Starterslening.
- f.
- g.
- h.
- i.
- j.
1. Deze verordening is uitsluitend van toepassing op lening aanvragen:
a. Doelgroep: Van in Nederland woonachtige en verblijfsgerechtigde personen die een minimale leeftijd van 18 en een maximale leeftijd van 35 jaar hebben en minimaal een jaar zelfstandig een huurwoning bewonen of minimaal een jaar inwonend zijn geweest;
b. markt-/woning en prijssegment
Voor het verwerven van een bestaande koopwoning in de gemeente Vlissingen waarvan de kosten voor het verkrijgen in eigendom van de woning (Verwervingskosten) niet hoger zijn dan €180.000,-. De aankoop voldoet altijd aan de meest actuele Voorwaarden en Normen NHG. De hoofdsom voor de Starterslening bedraagt maximaal 20% van de kosten voor het in eigendom verkrijgen van de woning met een absolute grens van €30.000,-.
2. De Aanvrager moet de woning waarvoor een Starterslening wordt verstrekt zelf gaan bewonen.
1. De gemeente Vlissingen stelt het budget vast dat beschikbaar is voor het toewijzen van Startersleningen.
2. Startersleningen worden alleen toegewezen voor zover het vastgesteld budget hiervoor toereikend is.
3. Aanvragen, die in verband met het tweede lid niet kunnen worden toegewezen, worden door het College afgewezen.
1. Het College toetst de aanvraag aan artikel 2 en 3. Het college is bevoegd om, met inachtneming van het bepaalde in deze verordening, te bepalen of de aanvrager een Starterslening mag aanvragen bij SVn.
1. Een aanvraag wordt bij het College ingediend op een door de gemeente beschikbaar gestelde wijze.
2. Het college bevestigt de ontvangst van de aanvraag binnen twee weken.
3. Indien de aanvraag niet alle gegevens bevat die het College voor het nemen van een besluit over de aanvraag noodzakelijk acht, stelt het College de aanvrager in de gelegenheid de aanvraag binnen een termijn van vier weken te completeren.
4. Indien de aanvraag niet binnen de aangegeven termijn is gecompleteerd, besluit het College de aanvraag buiten behandeling te stellen. Het College handelt complete aanvragen in volgorde van binnenkomst af.
5. Het College neemt binnen acht weken na ontvangst van de aanvraag, dan wel na het compleet worden daarvan, een beslissing en deelt die mee aan de aanvrager.
6. Uit overschrijding van de in het vijfde lid bedoelde termijn kan de aanvrager niet afleiden dat zijn aanvraag is of wordt gehonoreerd.
7. In de toewijzing wordt de maximale hoogte van de Starterslening vastgesteld. Dit wordt gedaan op basis van de absolute grens van € 30.000,-.
8. De in lid 5 bedoelde beslissing is een besluit in de zin van artikel 1:3 van de Algemene wet bestuursrecht, waartegen bezwaar en beroep kan worden ingesteld door aanvrager.
1. Het College wijst een aanvraag voor een Starterslening af, indien:
a. het budget niet toereikend is om de aanvraag te honoreren; of
b. er niet is voldaan aan de bij of krachtens deze verordening gestelde voorschriften en/of bepalingen.
2. Het College trekt een besluit op de aanvraag in, indien:
a. de Starterslening is toegewezen of vastgesteld op grond van onjuiste gegevens; of
1. de toewijzing van het College betreft een reservering voor een Starterslening uit het gemeentelijke budget. Het besluit vormt het startpunt voor een autonome financiële toetsing door SVn.
2. Met het besluit kan een aanvraag voor de Starterslening worden ingediend bij SVn.
3. SVn stelt de definitieve hoogte van de Starterslening vast op basis van de financiële toets. Bij een positieve financiële toets brengt SVn een offerte uit. Bij een negatieve financiële toets, wijst SVn de lening af en brengt de aanvrager en gemeente hiervan op de hoogte.
4. SVn verstrekt en beheert een geoffreerde Starterslening. Indien de aanvrager het niet eens is met de (financiële) toets van SVn, kan er een klachtenprocedure worden gestart bij SVn en vervolgens eventueel bij het KIFID of zich wenden tot de bevoegde burgerlijke rechter.
5. SVn wijst een aanvraag Starterslening in ieder geval af, in geval er sprake is van stapeling met andere koopinstrumenten, (rente)kortings- of financiële regelingen, die strijdig zijn met de Starterslening en/of de belangen aantasten van aanvrager, NHG of eerste geldverstrekker.
6. De verordening is in overeenstemming met de productspecificaties Starterslening van SVn en de deelnemingsovereenkomst die is gesloten tussen de gemeente Vlissingen en SVn.
Het College is bevoegd, in die gevallen waarin de toepassing van deze verordening naar zijn oordeel tot een bijzondere hardheid leidt, ten gunste van de aanvrager daarvan af te wijken, uitgezonderd artikel 7.